Vanaf dit jaar is het verplicht om op bouwland op zand- en löss na de hoofd- of volgteelt een vanggewas te zaaien. Doet u dit niet of te laat dan wordt u gekort op de stikstofgebruiksnorm voor 2024. Deze korting kan oplopen tot 20 kg N per ha. Het idee is dat het vanggewas de achtergebleven stikstof na de oogst opneemt en daarmee voorkomt dat deze uitspoelt.
Zaai daarom indien mogelijk een vanggewas als onderzaai òf na de oogst maar uiterlijk vóór 1 oktober. Recent heeft de minister van LNV voor consumptieaardappelen 2 weken uitstel verleent tot 15 oktober voor het inzaaien van een vanggewas. Zie https://www.rvo.nl/sites/default/files/2023-08/230809-Vanggewassen-op-zand-en-l%C3%B6ssgrond-v1.0.pdf voor een compleet overzicht van toegelaten vanggewassen.
Het vanggewas moet in ieder geval staan blijven tot en met 31 januari. Hierbij maakt het niet uit of het vanggewas als onderzaai of direct na de oogst is gezaaid. Vanaf 1 februari mag het vanggewas worden vernietigd. Doet u dat eerder dan wordt u gekort met 20 kg N per ha op uw stikstofgebruiksnorm.
Indien de hoofd- of volgteelt een gewas is op de lijst met winterteelten voor zand- en lössgrond hoeft er (meestal) geen rekening te worden gehouden met de oogstdatum van 1 oktober. Bij sommige gewassen moet er echter wel rekening worden gehouden houden met de inzaaidatum. Zie https://www.rvo.nl/sites/default/files/2023-08/230809-Winterteelten-op-zand-en-l%C3%B6ssgrond-v1.0_0.pdf voor een compleet overzicht van toegelaten winterteelten en de datums.
Onder andere bieten gerooid vóór 1 november en consumptieaardappelen staan helaas niet op deze lijst en zijn daarmee geen winterteelt. Concreet betekent dit dat u dan wordt gekort op de stikstofgebruiksnorm indien er geen of niet tijdig een vanggewas wordt gezaaid na consumptieaardappelen en vroeg gerooide bieten.
Vanggewas na maïs
Na maïs geldt al langer de verplichting om op zand en löss een vanggewas te zaaien. Deze regels zijn verder ongewijzigd gebleven. Het vanggewas na maïs moet eveneens vóór 1 oktober zijn gezaaid direct na de oogst of als onderzaai. Direct na de oogst betekent in de praktijk dat u na het hakselen nog 48 uur de tijd heeft om dit in te zaaien. Het zuiden heeft helaas geen uitstel gekregen zoals recentelijk wel is gebeurd voor een aantal noordelijke provincies. De toegelaten vanggewassen na maïs zijn bladkool, bladrammenas (o.a. GP Wintergroen Crucifeer), gras (o.a. GP Vanggras, GP GrasMix), Japanse haver, triticale, winterrogge, wintertarwe en wintergerst (o.a. GP Wintergroen Graan). Mengsels zijn ook toegestaan mits deze minimaal voor 2/3 uit voornoemde vanggewassen bestaan.
Er kan ook voor worden gekozen om na de maïsoogst een wintergraan te zaaien als hoofdteelt. Hiervoor komen spelt, triticale, winterrogge, wintertarwe en wintergerst in aanmerking. Deze moet uiterlijk 31 oktober zijn gezaaid.
Het vanggewas moet in ieder geval staan blijven tot en met 31 januari. Hierbij maakt het niet uit of u het vanggewas als onderzaai of direct na de oogst heeft gezaaid. Vanaf 1 februari mag het vanggewas worden vernietigd. Heeft u gekozen voor een vanggewas als hoofdteelt, dan moet deze staan blijven tot en met 15 mei. U oogst het dan later in het jaar als hoofdteelt.
Let op:
Op klei- en veengrond moeten derogatiebedrijven vanaf dit jaar, in een met nutriënten verontreinigd gebied (NV-gebied), ook een vanggewas zaaien na mais. Onder andere Limburg, Noord-Brabant en Gelderland zijn hierbij aangewezen als NV-gebied. Hierbij is er geen sprake van een uiterste zaaidatum zoals op zand- en lössgrond wel het geval is.